Reportage Leidersklassement ’07 – ’09

Leiders klassement ’07-‘09

 

Nummer 9: Pierre en André Paulssen, Roosteren

 

Vanuit de achtertuin van de familie Paulssen in Roosteren kijkt men in oostelijke richting op een paar honderd meter afstand tegen een hoge dijk aan. En boven die hoge dijk zien ze regelmatig zaken bewegen en wel de hoogste punten van binnenvaartschepen (kajuiten en masten) die over het Julianakanaal varen. En zulke hoog boven het maaiveld gelegen vaarwegen zijn toch een raar gezicht en kunnen door sluizen op dat kunstmatig hoge niveau gehouden worden. Veel lager aan de westkant is de natuurlijke bedding van de Maas die de grens met België vormt en waarop geen scheepvaart mogelijk. Aan de noordrand van Roosteren en in het buitengebied woont de familie Paulssen en vader en zoon hebben daar volop ruimte voor de duivensport. Alweer vele jaren richten Pierre en André Paulssen zich puur op de grote fond en met succes. In de jaren ´80 waren er geweldige uitslagen op St. Vincent en Dax en in 1986 was er een absoluut hoogtepunt met het winnen van nationaal Dax in rayon zuid met 9 van de 12 in de prijzen terwijl men voordien op St. Vincent al 12 van de 15 in de prijzen had. Duiven van plaatsgenoot Albert Simons brachten in kruising met de eigen programma- en fondduiven de successen. In de jaren ’80 won Albert Simons de vluchten Barcelona en Perpignan en de Nationale Marathon. Op het Paulssenerf was de ‘694’ van 1983 een kei van een klepper die in 1986 de 6e nat. St. Vincent en de 88e nat. St. Vincent vloog. Deze ‘694’ vloog de jaren daarop nog de 45e en 85e nationaal St. Vincent! En het bloed van deze topper zit nog in de nodige kleppers die anno 2009 de naam Paulssen op de grote fond hoog hebben gehouden.

In de fondspiegelcompetitie over de vier internationale ochtendlossingen zijn vader en zoon Paullsen over de laatste drie jaar op een knappe 9e plaats geëindigd. Afgelopen seizoen scoorden ze met 33 duiven totaal gekorfd een gemiddelde van 267 punten. En dat heeft hen  een 6e plaats in de categorie 5 opgeleverd. Afgetekend heeft R. Botterweck (Mechelen) in die categorie gewonnen en met een goede prijsduif meer hadden Pierre en André veel hoger kunnen eindigen en ook in het driejarige klassement. In 2008 wonnen ze de categorie 6 met een gemiddelde van 263 punten en in 2007 korfden ze de meeste duiven in op de tellende vluchten en scoorden ze een 5e plaats in de categorie 7. De absolute topvlucht in 2009 was Marseille met maar liefst 8 van de 9 gekorfde duiven in de prijzen waarvan 6 stuks ruim 1 op 10 en de 4e duif al aan prijs 75 tegen 3999 duiven binnen. Dezelfde ploeg was voordien op Bordeaux (oud) van de ZLU gekorfd met 6 van 10 als prijsduif als resultaat. De laatste twee jaar wonnen 7 weduwnaars telkens prijs van Marseille en komend seizoen kunnen een paar doffers een gooi doen naar een hoge klassering bij het 3-jarige duifkampioenschap op die vlucht want de ‘348’ vloog al de 33e en 181e prijs, de ‘444’ de 136 en 204e prijs en de ‘736’ 75e en 259e prijs. Op de drie andere tellende vluchten werden achtereenvolgens op Barcelona 3 van de 8, op Tarbes 2 van de 8 en op Perpignan 3 van de 8 gekorfde duiven in de prijzen gepakt. Op Tarbes vloog de NL03-1431609 de kop met prijs 48 tegen 3607 duiven en dat was toen al zijn derde prijs van het seizoen. Op de middaglossing Mont de Marsan begon hij met de 49e prijs prov. tegen 2790 duiven en daarna vloog hij op de ochtendlossing Bergerac prijs 234 tegen 5126 duiven. Hij stamt uit een doffer van Nouwen-Paesen (Peer) met een duivin van het eigen ‘oude’ soort.

De afdeling Limburg heeft met de vluchten Limoges, Bergerac en Cahors een eigen reeks ochtendlossingen waarop Pierre en André Paulssen de laatste jaren specialisten en uitblinkers zijn. De afdeling en de Wefo vervliegen over deze drie of twee vluchten aparte kampioen-schappen en de naam Paulssen is daarbij steeds aan de kop terug te vinden. Twee doffers blonken afgelopen seizoen op dat drieluik speciaal uit. De jaarling NL08-1799885 vloog de 70e Limoges (2814 d.), 51e Bergerac (5126 d.) en de 78e Cahors (3705 d.) terwijl de ‘388’ van 2006 de 4e Limoges, 53e Bergerac en 162e Cahors scoorde. In beide doffers zit programmasoort en in de ‘388’ volledig. Zijn vader is een doffer van gebr. Habets (Guttecoven) en zijn moeder is een duivin van Fincken-Rempakis (Maasbracht). De jaarling heeft als vader een doffer die uit de kruising gebr. Habets maal G.J.Beute (Wilhelminaoord) stamt terwijl zijn moeder puur grote-fondsoort in de aderen heeft. Op de drie voornoemde ochtendlossingen spelen vader en zoon Paulssen het grootste gedeelte van hun jaarlingen en op Limoges ook een groot deel van hun overjarige weduwnaars als voorbereiding op de volgende grote-fondvluchten. De vliegploeg in Roosteren bestaat uit zo’n 100 weduwnaars waarvan de helft jaarlingen en zij zitten op acht afdelingen. Per afdeling worden de overjarigen op vaste vluchten gespeeld en per afdeling worden ze op de komende fondvlucht voorbereid. De jarige en overjarige weduwnaars trainen dagelijks apart. De laatste jaren worden de jonge duiven in Roosteren ook door Jos Evers uit Born gekeurd en puur op de ogen keurt hij de duiven op hun vlieg- en kweekwaarden. De jaarling ‘885’ werd door Jos Evers als topduif gekwalificeerd en hij bleek op de wedvluchten afgelopen seizoen ook de beste vlieger te zijn. Pierre Paulssen over Jos Evers:”Hij kan er wat van en hij haalt de besten eruit!”. Zelf speelt Jos Evers niet met duiven maar hij is wel een veel gevraagd keurder die jaarlijks duizenden duiven beoordeeld.

Het kweekhok is in Roosteren zo’n 30 koppels groot en duiven van H. Wijnands en zn. (Maastricht) maken daarvan zo’n driekwart deel uit. Afgelopen seizoen zijn er duiven bijgekomen van clubgenoot Beckers-Willems (Sittard) en L. van Coppenolle (Ouwegem). Hun club ‘de Liefde’ in Echt bestaat in het nieuwe seizoen volledig uit fondspelers en leden zijn ook de drijvende krachten van de fondclub Midden-Limburg die provinciale maar ook internationale kampioenschappen op de grote fond vervliegt. De vliegers worden eind maart gekoppeld en brengen bij Pierre en André een jong groot en als die zo’n 12 tot 13 dagen is, wordt de duivin weggenomen terwijl de doffer één jong verder grootbrengt en het weduwschap begint.

 

Ad van Gils

 

 

Reacties zijn gesloten.